IvD 1940-1945 deel 2

1
Glas in lood gekregen van Beekvliet uit dankbaarheid wat IvD gedaan heeft tijdens 2e Wereldoorlog voor Beekvliet.

2
Mgr van Overbeek

3

4

5

6

Wel duidelijk te zien dat IvD behoorlijk veel schade door de inslag van granaten had...

7

8

9

Mijn dank aan Rene van der Veen

 

 

 

Reactie plaatsen

Reacties

Rene van der Veen
11 jaar geleden

Lezers en kijkers. DE BEVRIJDING.
23 Oktober 1943; Duitse uitkijkpost en artillerieleider in het torentje van de pastorie werd beschoten. Voltreffer sloeg de besstuurzaal en wc's in gruzelementen. Veel glasschade door het opblazen van de brug over de Dommel. Om half zes 's ochtends verlaten de Duitsers tot grote opluchting het instituut. Ze trekken zich op Halder terug. Van slapen komt die nacht niet veel, in het dorp horen we begroetingsgejuich vaan de Engelsen en 't werden aan de brug. Heel de nacht blijveen de granaten overgieren. 's morgens aan ' n uur of vijf koomt de eerste zware Engelse tank langst! We zijn vrij!!!
We roken Engelse cigaretten! Enkele dagen later na de bevrijdiing van Den Bosch kregen we Mgr Mutsaerts als welkomme gast op het instituut (het Bisschoppelijk paleis was wensstig geroffen) Mgr Mutsaerts is gebleven tot 1 Januari 19455, wat voor 't instituut een groot geluk is geweest, Want begin December 1944 werd 't gehele instituutt gevorderd voor Canadeesch hospitaal. Alle bewoners zouden moeten evaacuren naar Breda. Bij dagenlange onderhandelingen heeftt Mgr Mutsaerts op zeer krachtdadige wijze (de vuist op tafeell kwam er bij te past) voot het instituut op de bres gestaann. Resultaat de Canadezen zullen genoegen nemen meet de jongensafdeling.
Citaat uit het fagboek van het instituut.
CANADEES HOSPITAAL.
De Engelsen stelden hun kanonnen op rond het instituut.
Het voetbalveld stond vol mortieren. Van daaruit namen ze DEnn BBosch en Vught onder vuur, want die waren nog in Duittsse handen. Op 28 Oktober 1944 werden ook deze plaatsen bevrijd.
Een dag later arriveerde Mgr Mutsaerts, de nieuwe bisschop van het bisdom Den Bosch, in het Doveninstituut. Bij de bevrijdiing van Den Bosch was zijn bisschoppelijk paleis zwaar beeschadigd. Hij bleef enkele maanden te gast in Sint Michielsgestel, totdat zijn paleis weer voldoende was hersteld. Tijdens zijn verblijf voorkwam hij dat de geallieerden heet gehele instituut in beslag nemen en in zouden richten als mmilitair hospitaal voor Canadeezen, Dat zou een enorm proobleem zijn voor allen die in het instituut onderdak hadden gevvonnden. Na zware en langdurige onderhandelingen kwam een compromis uit de bus; het instituut stond de helft van het gebouwencomplex af )de jongensafdeling) dat werd ingeericht voor 300 tot 400 gewonden. In een schuurtje in de tuiin van de Broeders kwam een kape voor overleden soldaten.
" ZUID HELPT NOORD "
De bevrijding van Nederland liep bijzonder ongelukkig. Na de mislukt aanval op Arnhem bleef Nederland boven de grote rivieren in handen van de Duitsers. Terwijl het zuiden wel was bevrijd. In het bezette deel van Nederland ontstond tijdens de winter van 1944 - 1945 een groot gebrek aan voedsel en brandstof. Deze periode. betr bekend als de hongerwiintter, was een van de zwaarste beproevingen die de Nederlandse bevolking tijdens de oorlog te verduren kreeg. Vanuit Sint Michielsgestel gingen de gedachten uit naar familieleden, vrienden en kennisen, maar vooral naar de leerrlingen die daar nog thuis bij hun ouders zaten. Bij gedachtenn bleef het niet, want het instituut deed actief mee aann de actie " zuid helpt Noord " Er werden honderden voedselpaakketten klaargemaakt en gestuurd naar families van leerlingen, oud-leerlingen, Broeders, Zusters en priesters
NSB-KINDEREN.
Zie de foto 7, 8 en 9 de Bevrijding in het dorp Sint Michielsgestel en het Doveninstituut. Het waren zeer langdurige van het gevechten de Geallieerden en Duisters in gedurende meer dan een maand. het was ook lange dag en avond de spannende voor de komst van de bevrijding. Eindelijjk kwamen de geallieerden troepen al binnen dus begon de vreugde dag en vrij!!!!!
NSB KINDEREN.
In April 1945 was het instituut hospitaal niet meer nodig. De Canadezen vertrokken van de jongensafdeling, die geheel leeg achterbleef. De ruimte mocht echter nog niet voor instituuutsdoeleinden werden gebruikt.
In Mei 1945 capituleerde Duitsland de oorlog in het westen was voorbij. Het instituut kreeg het volgende verzoek; 'Den Bosch staat een trein met 260 Hollandse kinderen uit Duitsland We kunnen ze nergens onderbrengen. Kunnen ze enkele dagen bij U komen?
Dat kon, want de jongensafdeling stond nog leeg. Een paar uur later arriveerden grote trucks met daarin sterk verwaardeloosde kinderen. Ze waren doodmoe en uitgehongerd. Somminge waren ziek en hadden kapotte, versleten kleren aan.
Het waren " NSB KINDEREN " kinderen waarvan de ouders aanhangers waren van de Duitsers. In Augustus 1944, toen de geallieerden snel naar het noorden optrokken, waren ze hals op kop met hun ouders naar Duitsland gevlucht.
Daar waren ze al snel gescheiden van hun vaders en moederss een per trein naar opvangkampen in Oost Europa vervoerd.
Maar begin 1945 was het Russische leger in aantocht, Net als vele anderen sloegen ook de kinderen op de vlucht.
De Locomotief van hun trein was echter beschoten door een Russische tank, zodat ze niet verder konden. In een open veld bleven ze drie dagen achter en aten ze wat er op het landd groeide. Berooid, hongerig en onverzorgd werden ze vervolgens opgevangen door soldaten van het Amerikaanse leger. Na een lange reis van drie weken kwamen ze in Nederland aan. Op het instituut werden ze liefdevol door de Broeders en Zusters opgevangen. Ze kregen voedsel en onderdak. Nadat ze waren aangestrekt vertrokken ze enkele weken later naar opvangscentra in Boxtel en Bergen op Zoom. We zagen ze node vertrekken, berichtte De Vriend. Maar het moest, want het werd hoog, hoog tijd dat onze eigenn kinderen terug zouden komen.
Pas na Mei 1945 keerde het normale leven langzaam terug.
Na een afwezigheid van tien maanden arriveerden de leerlingen. Eerst kwamen de meisjes, daarna de jongens.
Het onderwijs en de zorg aan doven kon weer verder gaan.


.

Rene van der Veen
11 jaar geleden

Lezers en kijkers. MEER VLUCHTELINGEN.
Zie de tekeningen van de ziekenkamer bij de jongensafdeling en het bestuurzaal.
Op Zondag 17 September 1944 werden de bewoners van het instituut opgeschrikt door een donderd lawaai. Twaalf zware geallieerde bommenwerpers vlogen laag over het gebouwencomplex, even later gevolgd door de ene de andere groep. " We gingen kijken op de zolder boven de drukkerij ", schrijft een ooggetuige later in De Vriend,
' Broeders klommen boven op het dak. Een van zes vliegtuigen. Het was hald drie voor het Lof! Dat was jammer. Maar ja, we moesten ook bidden! Misschien was het nu wel heel hard nodig! En ondertussen ging het vliegen maar door! Via de radio werd bekendgemaakt dat Valkenswaard was bevrijd en een dag later Eindhoven.
Het geallieerde leger was bezig een 'corridor' (doorgang) te maken richting Arnhem. Van daaruit wilden ze doorstoten naar het hart van Duitsland. Deze operatie bleek echter bij Arnhem letterlijk en figuurlijk een brug te ver, waardoor de opmars naar Duitsland stokte. De grens van deze corridor lag bij Nijmegen en zuidelijker bij Schijndel, dat dan weer in geallieerde en vervolgens weer in Duitse handen viel. Op 23 September 1944 kwamen de eerste 7 vluchtelingen uit deze plaats aan op het instituut. Het bleek een voorbode te zijn van een lange rij vluchtelingen die een veilig heenkomen zocht. Het instituut ontfermde zich over deze mensen, die tot diep in de nacht en totaal ontredderd aankwamen. Het souterrain evenals alle klaslokalen en gangen van de benedenverdieping werden omgevormd tot slaap en woonlokalen. De Broeders en Zusters sloofden zich uit om voor zo'n 700 vluchtelingen te zorgen.
ANGSTIGE MOMENTEN.
Vanaf begin September 1944 tot de dag van de bevrijding van het instituut, 24 Oktober 1944 was de ene dag nog spannende dan de sndere. Het wachten op de bevrijders duurde vreselijk lang, aldus het jaarverslag over 1944. 'St Oedenrode op ongeveer 12 kilometer afstand van ons instituut, was op 17 September reeds bevrijd. Juist het feit dat de redding zo nabij was, maakte de spanning steeds groter. Telkens zagen wij troepen af en aan gaan naar het strijdtoneel en steeds maar weer kanonnengebulder en mitraillervuur, dat we op zeer korte afstand konden waarnemen, maakten de stemming steeds zenuwachtiger. Daarbij kwam nog, dat hier in de omgeving afweergeschut peplaatst werd, zodat we een voortdurende granatregen op onze daken hadden. Rond over het instituut. Op 4 Oktober 1944 toen iedereen van het avondeten zat, trof een granaat het gebouw. De deur van de eetkamer sloeg open. De granaat was in de ziekenkamer ingeslagen, juist boven de eetkamer. Wonder boven Wonder waren de jongens, die iets eerder nog op de ziekenkamer lagen, net met een Broeder onderweg naar de kelder. De Vriend memorende.'niemand was getroffen. Alleen Adrie van Teriyen (uit Tilburg) had een klein schrammentje. Een paar Broeders liepen vlug naar boven, naar onze TBC pantietje ( Cees Borsten en anderen jongen) door de ravage en de mist van de kruitdamp been. Gelukkig lagente juist die avond nog in de kamer aan de voorkant.
"wat wonder " zei Broeder Josaphat, " anders leg ik ze iedere avond om 7 uur aan de achterkant en nu juist had ik gedacht het pas om een uur of 9 te doen!" Mijnhee Lamoen die enige kamer verder ziek te bed lag, was dor de luchtdruk uit zijn bed geslingerd!. Nu wisten we, van granaten waren! Iedereen verhuisde naar de santerrains. Niemand durfde nog boven te blijven slapen!!.
De volgende dag werd een grote aanval ingezet. Urenlang klonk een oorverdovend gebulder van kanonnen. Midden in de nacht belden Duitsers aan, die voor 60 man onderdak vorderen. In het torentje van de pastorie kwam een uitkijkpost. De Engelse waren in aantocht; het schieten kwam steeds dichterbij. De Bewoners van het instituut vluchten de kelder in. Even later trof een voltreffer de bestuurkamer, die van binnen geheel werd verwoest. Om de opmars van geallieerde troepen te hinderen, gaf een Duitse majoor vanuit het instituut bevel om de brug over de Dommel op te blazen.
Een kwartier laten een geweldige knal. We dachten he hele instituut stort in! Deuren sloegen open, sloten waren ontwricht, ruiten kapot. De Knal kwam van de brug! Met de brug vlogen enkele buizen de lucht in en het liefdegesticht was heel erg gehavend. De moffen zetten het daarop op een lopen! Naar Halderen ook die dikke Duitse majoor, die zijn soldaten bijna niet kon houden!
Een uurtje later vloog de brug bij Halder ook in de lucht. En in het dorp hoorden we de mensen juchen! Die waren al vrij! Wat zou er met ons gebeuren! Zouden die ellendige moffen weer terugkeren"
De Bewoners en vluchtelingen maakten angstige momenten door en bleven in de kelder. In het dorp sloegen Engelsen en Canadezen een noodbrug over de Dommel. Het getimmer was tot diep in de nacht tec horen.
Tot grote vreugde reden de volgende ochtend de eerste Engelse tanks voorbij. Het instituut voor Doven was Vrij !!!
Wordt Vervolgd Rene van der Veen.

Jan Keizer
11 jaar geleden

Ja, dat is erg slim van mgr. Overbeek en ik heb altijd zich afgevraagd over de radio´s bij IvD tijdens bezetting door de duitsers. Goeie smoesjes van directeur van Overbeek!!!

Jan Keizer

Rene van der Veen
11 jaar geleden

Lezers en Kijkers. " VERLENGDE " ZOMERVAKANTIE.
Het eerste plaats schrijf ik over de vorige dat Frans v Rijn - Jan Jonkman - Jan Keizer en Rene v d Veen hebben de allebeiden op site geschreven over het vraag of het Instituut onder de bezetting van de Duitsers dat de radio's die moesten ingeleverd of ondergedoken?. Ze wisten hemaal nog niet, maar wel hebben overgesproken dat het Instituut de radio's hebben verstopt, maar bleef geen het bewijzen. Nu zeg ik dat Frans v Rijn - Jan Jonkman - Jan Keizer en Rene v d Veen dat vandaag op 8 Novmber 2012 voor de zekerheid hebben geweten over de radio's. Het was zo heel slimste van de Directeur Mgr J van Overbeek wat hij tegen de Duitsers heeft gezegd. Leest nu maar!!!!
Het was tijdens de bezetting streng verboden een gewone radio te bezitten. Iedereen ie een radio had, moest deze verplicht inleveren. Daarvoor in de plaats kwamen toestellen des luisteraars slechts konden afnemen op enkele voorgeprogrammeerde, goedgekeurde zenders. Zo konden de meeste mensen alleen maar luisteren naar Duitse propaganda en bleven ze verstoken van nieuwsberichten over de grote verliezen die de Duitsers vanaf 1942 leden,
Het Derde Rijk kromp in snel tempo in elkaar. Aan het oostfront had het Duitse leger de slag om Stalingrad verloren in de strijd tegen de Russen en de intense winterkou. In de lucht hadden Britse en Amerikaanse vliegtuigen een doorslaggevend overwicht. Grote Duitse steden, industriegebieden en treinen werden onophoudelijk bestookt. OP 6 Juni 1944 begon een grootscheepse strijd in het Westen. Duizenden geallieerde manschappen staken vanuit Engeland het Kanaal over en landden op de kust van Normandie. Nadat hier een bruggenhoofd was gevormd, volgde was opmars door Frankrijk.
Op het Instituut voor Doven werden de vorderingen van de geallieerden op de voet gelegd, want het Instituut beschikte over VIJF RADIOTOESTELLEN DIE DE BRITSE KONDEN ONTVANGEN. DIRECTEUR MGR J VAN OVERBEEK HAD DE DUITSERS WIJS GEMAAKT, DAT DEZE TOESTELLEN ONMISBAAR WAREN VOOR HET ONDERWIJS. Dus was nu duidelijk dat het instituut de 5 Radiotoestellen hadden verborgen met zonder ingeleverd aan de Duisters. Zo zeer slimmste van de directeur Jan van Overbeek.
In Juli 1944 begon de zomervakantie voor de kinderen. De meesten van hen gingen naar huis, naar hun familie. Ondertussen bevrijdde het geallieerde leger een groot deel van Frankrijk en rukte het snel naar het Noorden op. Spoedig bereiken ze Belgie en de Nederlandse grens. Reizen werd steeds gevaarlijk door de vele beschietingen en bombardementen. Vanwege het toenemend gevaar besloot het instituut dat de kinderen voorlopig niet terug hoefden te keren. De ouders ontvingen een circularie met de mededeling dat de vakantie was verlengd.
Wordt vervolgd. Rene van der Veen.

Rene van der Veen
11 jaar geleden

Lezers en kijkers. Wordt Vervolgd van vorige ivd 1e deel.
HET GESCHENK VAN EEN GEBRANDSCHILDERED VAN RAAM. Onder de tweede Wereldoorlog waar de gijzelaars in het gebouw van de Seminarie Beekvliet en Huize Ruwenberg in Sint Michielsgestel waaronder het bezetting door de Vrijwillgers Nederlandse Militairen, die worden genoemd SSers. Het ivd hebben zo vaak onder de toestemming van de hoge SSer Officieren gevraagd van de persoon ( J van Overbeek de directeur van ivd) op dagelijse dagen mochten bij de gijzelaars komen bezoeken. dat doel een om iets wat voor smokkelen. zo het gebeurde erg veel vaak en ook naar het kamp in Vught. Als ik van hem inplaats ben , zou ik helemaal niet kunnen doen, wat is veel te gevaarlijk. Toch de directeur J van Overbeek erin zijn geslaagd. Na de Bevrijding in 1946 hebben de Ex gijzelaars het gedenk een prachtige gebrandschilderd raam aan ivd aangeboden van hun zeer diepte uitdankbaar. zie de foto 1.
foto 2. DIRECTEUR VAN IVD MGR J VAN OVERBEEK>
Eerste was hij in 1939 de vice directeur van ivd dat het afgelopen onder de vergadering in het bestuurzaal van ivd heeft ondergetekend in 1934 dat de priesterleraar J van Overbeek het komende jaren de opvolger van Mg A Hermus de directeur van ivd.
In 1939 heeft de vice directeur de officeie op het boek over de volkgezondheid ingeschreven dat de alle bewoners van het instituut ( Priesters, Broeders/Zusters, Heren/Dames oud-leerlingen, Jangens/Meisjes en de personelen van ivd ) moesten op eind April 1939 naar Den Bosch bij de Consulatie Bureau (bij de Longspecalist) komen onderzoeken. Helaas de 15 Jongens en een Broeder hun T.B.C. zijn gevallen. en voortaan blijven de jaarelijkse onder de controle worden gehouden. En dan in 1940 op 2 Oktober wordt Mgr J van Overbeek de officeel als de directeur van het instituut. Daarna wordt de voorbereiding van de vernieuwingen van het dovenonderwijs.
PSYHOLOGISCH LABORATORUIM. Zie de foto 3 Prof. Frans Rutten, initiator van vernieuwingen.
Onder de leiding van Mgr J van Overbeek, de nieuwe directeur zette het instituut enkele belangerijke stappen op weg naar vernieuwing van zorg en onderwijs. De aansporen van Prof Frans Rutten hoogleraar experimentele psychologisch aan de Katholieke Universteit Nijmegen, richtte het instituut in December 1940 een Psychologisch laboratoruim op. Het instituut benoemde ( als een van de eerste, zonder de eerste in Europa ) een volledig aangestelde psycholoog; Nannie Oomen, oude studente van Prof Rutten. Zij ontwikkelde samen met haar latere echtgenoot Jan Snijders een speciale (nietverbale) intelligentietset voor dove kinderen.
De psychologe ontwierp in 1941 alle kinderen aan een uitgebreid testonderzoek. Doel hiervan was niet alleen een goede individuele diagnose per leerling, maar vooral een algemene normen te verwerven voor de verschillende leeftijdscategorieen. Door deze toepassing kwam aan het licht welke test het meest geschikt waren om de intelligentie van dove kinderen in kaart te brengen. In 1943 promoveerde zij op de onderzoek, dat een belangerijk hulpmiddel zou blijken voor de latere gedifferentieerde zorg aan doven. Een verdere ontwikkeling van die onderzoek resulteerde in 1958 in de zogenoemde S.O.N.-test , de Snijders-Oomen Niet- verbale Intelligentie Schaal. Bij de variant voor kleuters kreeg het kind een probleem voorgelegd met blokken, kralen en plaatjes. Noch de onderzoeker, noch het kind hoefde bij het afleggen van de test te spreken. Bij jonge dove kinderen is dit de enige mogelijkheid om de intelligentie te testen. In 1989 werd deze test verder aangepast tot de SON-R test, die nog steeds nuttige diensten bewijst bij de diagnose.
Zie de foto 4.
OPVANG VAN VLUCHTELINGEN.
Doordat het Instituut voor Doven een van de weinige niet gevorderder R.K.- gebouwen was, vonden er tijdens de oorlog veel mensen een veilig heenkomen. Zo hadden de regent en de econoom van het gevorderde Klein-Seminarie hier onderdak gevonden, en bleven ze enkele jaren in het instituut wonen.
Ook andere priestes van het bisdom wisten de weg naar het Instituut te vinden, bijvoorbeeld voor haar jaarlijkse retratie in 1941, 1942, en 1943. De jongenskapel stond voor dat doel vol met acht altaren, zodat de priesters er elke morgen 40 (!) missen konden opdragen. Jongens uit het dorp traden p[ als misdienaars.
In Mei 1944 kwam een grote groep van 120 mensen naar Sint Michielsgestel. Het waren vluchtelingen van het
Paedologisch instituut ( voor moeilijk opvoedbare kinderen ) en de St Maartenskliniek in Nijmegen. De Duitsers hadden deze instituten nabij de Duitse grens onverwacht in beslag genomen. Hals over kop moesten de Zusters, verpleegsters, kinderen en zieken vertrekken. Zodra directeur Mgr J van Overbeek deze jobstijding vernam, stelde hij een deel van het instituut voor hen open.
Enkele klaslokalen, de grote speelzalen en de gymanstiekzalen werden voor hen ingericht. Ook zij zouden er tot de bevrijding blijven.
Wordt vervolgd. Rene van der Veen

Maak jouw eigen website met JouwWeb